Booker T & The MGs: Popgeschiedenis klinkt zelden zo goed (2009)

Het ervaren van levende popgeschiedenis valt bijna altijd tegen. De opwinding die je voelde bij het zien van de naam van een legendarisch artiest op een affiche, ebt langzaam weg als je dan daadwerkelijk voor het podium staat. Alles is opeens anders dan de herinnering je heeft voorgehouden.[img_assist|nid=216|title=Green Onions|desc=Booker T & The MG's|link=none|align=right|width=400|height=400]

Je idool is ouder en dikker geworden en de muziek klinkt niet meer hetzelfde als toen je er verliefd op werd. De confrontatie met de vergankelijkheid is ontnuchterend, vooral als het gaat om een zanger of zangeres, om een blikvanger van een bepaald tijdperk of het gezicht van een ooit modieuze stroming. Tina Turner die nu Proud Mary zingt, is iemand anders voor je geworden. Bij Booker T. & The MGs ligt het anders. Deze band werd beroemd met instrumentale muziek. Iedere rechtgeaarde popliefhebber kent hun soulklassieker Green Onions, maar niemand kan je vertellen hoe de muzikanten eruit zien. Dat is prettig, het leidt niet af van de muziek. De vele mensen die afgelopen zaterdag het Paard van Troje nagenoeg uitverkochtten, waren gekomen voor dat orgeltje uit Green Onions, voor die vette, onweerstaanbare groove die sinds 1962 een evergreen is geworden. En dat viel niet tegen. Levende popgeschiedenis klonk zelden zo goed. Soul Limbo, Melting Pot, Time Is Tight en al die andere instrumentale dansjuweeltjes van het kwartet uit Memphis werden met plezier en liefde gespeeld zoals ze gehoord moeten worden. Organist Booker T. Jones, gitarist Steve Cropper en bassist Donald ‘Duck’ Dunn, de echte MGs aangevuld met drummer Steve Potts die de in 1975 vermoordde Al Jackson vervangt, hebben van hun ooit zo vernieuwende Memphis-sound een tijdloos geluid gemaakt. De geschiedenis van de groep is rijk (huisband van het Stax platenlabel en begeleiders van o.a. Otis Redding) en het aantal hits uit de jaren zestig groot. Genoemd naar een sportwagen is de MGs een perfect afgestelde, goed geoliede machine van vlees en bloed. Een band die ondanks zijn status niet van grote gebaren houdt, maar ingetogen en subtiel speelt. Bescheiden maar groots.

AD Haagsche Courant, maart 2009