Pat Andrea in Wonderland (2008)

Het wordt almaar vreemder en vreemder, zegt Alice tijdens haar bizarre avonturen in Wonderland en dat zou zij vast ook opmerken bij het aanschouwen van Pat Andrea’s schilderijen.

De Haagse kunstenaar verzorgde de illustraties voor een bijzondere uitgave van de klassieke kinderboeken Alice in Wonderland en Alice in Spiegelland van Lewis Carroll. Aagezien Andrea niet uit de voeten kon met het formaat van boekillustraties, maakte hij achtenveertig schilderijen op groot formaat. De werelden van Alice én die van Pat Andrea vloeien er in samen, zoals nu te zien is in het Haags Gemeentemuseum.

Voor Pat Andrea (1942) is Alice in Wonderland altijd een fascinerend maar angstaanjagend verhaal geweest. Een nachtmerrie in de vorm van een homerische reis door het onderbewustzijn. Andrea zet het Witte Konijn, de Hartenkoningin, de Gekke Hoedenmaker, en Toedeloe en Toedelie (Tweedledum en Tweedledee als eigentijdse probleemjongeren) naar eigen hand in contrasterende werelden waarin tijd en ruimte niet bestaan. Door het gebruik van gemengde technieken (schetsmatig tegenover gedetailleerd) en materialen (verf en potlood, papier en bladgoud) suggereert Andrea vaart in afbeeldingen die als ware droombeelden opduiken en weer verdwijnen.

De populariteit van de Alice-boeken en de invloed op kunst en cultuur is van alle tijden gebleken. Hele passages uit James Joyces Finnegans Wake zijn geïnspireerd op de taalspelletjes van Lewis Carrol. De beeldtaal van filmmakers als Terry Gilliam en Tim Burton zit tjokvol verwijzingen naar Alice. De boeken van Carroll inspireerden ook talloze muzikanten. Van Jefferson Airplane’s psychedelische klassieker White Rabbit tot de hedendaagse liedjes en videoclips van Gwen Stefani. In de schilderkunst voelde surrealist Salvador Dali zich aangetrokken tot Alice. Dali baseerde er in 1969 een serie illustraties op. Net als Dali gaat Pat Andrea uit van zijn eigen kracht en in zijn interpretatie verwijst niets naar de originele boekillustraties van John Tenniel. Als tentoonstelling is Pat Andrea’s versie van de Alice-boeken een beeldverhaal met bijschriften geworden waar Walt Disney niet van zou kunnen hebben slapen. Angstaanjagend en niet zelden gruwelijk. Het is gefundenes fressen voor psychoanalytici. Andrea’s Alice, nooit twee keer hetzelfde meisje, maar wel altijd gestoken in dezelfde sportschoenen, is een kindvrouwtje met een ontluikende seksualiteit. Een puberend meisje dat nieuwsgierig en opgewonden is. Ze krabbelt aan haar kruisje als twee ridders om haar vechten en ze kijkt gespannen naar de fallus-achtige vingerhoed die de Dodo haar aanbiedt. De wereld van dromen, het onderbewustzijn en seksualiteit is al meer dan veertig jaar het domein van Pat Andrea die, toen hij zijn Alice-project begon, merkte dat Alice-achtige meisjes veelvuldig terugkeren in zijn oeuvre. In zijn Wonderland-serie refereert Andrea met subtiele grapjes en dubbele bodems aan eigen werk (het droomhuis met verwijzing naar Le Corbusier) en dat van andere kunstenaars (Hieronymus Bosch, Andy Warhol).

Pat Andrea: Advies van een rups, 2006

Alice’s Adventures in Wonderland (1865) is het beroemdste kinderboek uit de wereldliteratuur. Lewis Carroll, pseudoniem van de Engelse wiskundige Charles Dodgson (1832-1898), schreef het naar aanleiding van het verhaal dat hij tijdens een roeitochtje vertelde aan de zusjes Alice, Lorina en Edith Liddell. In 1872 publiceerde Carroll een vervolg; Through the Looking Glass (And What Alice Found There).

AD Haagsche Courant
Juni 2008