John Cale tussen klassiek en rock (1989)

John Cale grinnikt vervaarlijk en zegt: “Hoe moet je een kinderkoor Fear Is A Man’s Best Friend laten zingen?" Hij loopt vooruit op de concerten die hij februari volgend jaar in Londen zal geven en waarbij een aantal van zijn oude songs door een symfonie-orkest en een kinderkoor zullen worden uitgevoerd.

Foto © Robert van Stuyvenberg

Maar tijdens zijn huidige solo-tournee door ons land praat de in Wales geboren John Cale (47) liever over zijn nieuwe lp Songs For The Dying, een bijzondere plaat die getuigt van zijn klassieke achtergrond. Songs For The Dying is een ambitieus werkstuk van de man die in 1965 met Lou Reed The Velvet Underground oprichtte en daarmee het aanzien van de popmuziek nadrukkelijk veranderde. Met deze invloedrijke groep hield violist, pianist en bassist Cale het twee platen vol, waarna hij een solocarrière begon die tot dusver veertien boeiende albums opleverde. Daarnaast was hij als producer actief voor onder andere Iggy Pop en Patti Smith. Songs For The Dying bestaat uit drie delen; The Falklands Suite, orkestrale muziek gebaseerd op teksten van de Welshman Dylan Thomas (1914-1953), twee pianostukken getiteld Songs Without Words I & II, en als sluitstuk een typische Cale-ballade, The Soul Of Carmen Miranda.

 

The Falklands Suite, die Cale in 1987 in Amsterdam opvoerde met het Metropole Orkest en een kinderkoor, is nu opgenomen met het Orkest voor Symfonische en Populaire Muziek van Gosteleradio in Moskou en het koor van de Llandaff Cathedral School uit Wales. Brian Eno produceerde. De suite dateert uit 1982, het jaar waarin Engeland zijn wonderlijke oorlog met Argentinië uitvocht. “Op dat moment was ik bezig met de voorbereidingen voor een opera over Dylan Thomas. Ik probeerde uit te zoeken welke van zijn gedichten als liederen te gebruiken waren. Toen die oorlog uitbrak was ik bezig met zijn Lie Still, Sleep Becalmed. Het leek er perfect bij te passen, maar The Falklands Suite heeft overigens niets met politiek te maken.” Er is een duidelijk verschil tussen de plaatversie van The Falklands Suite en de uitvoering van twee jaar geleden.”De pedalsteelguitar- en pianopartijen zijn verdwenen. Dat heeft te maken met de manier waarop Brian Eno en ik verschillend tegen het stuk aankeken.” Via Eno, die eerder in de Sovjet-Unie werkte, kwam de samenwerking tot stand met het orkest van Gosteleradio in Moskou. “Dat orkest speelde met veel passie. De strijkerssectie speelde erg instinctief. Een sexy manier van spelen, hoewel dat een omschrijving is die je in dit verband nooit zult horen.” John Cale ziet Songs For the Dying niet als een afscheid van de rockmuziek. “Ik heb altijd met één been in de klassieke muziek gestaan en met het andere been in de rock ‘n’ roll," zegt de muzikant die op zijn achtste al zijn eigen pianocomposities voor de BBC-radio mocht spelen en die in 1962 door Aaron Copeland ontdekt werd. Copeland zorgde ervoor dat Cale een beurs kreeg om in Amerika te studeren bij Xenakis en Cage. Met Terry Riley maakte hij een compromisloze, maar mislukte lp met minimal rock (Church Of Anthrax, 1971), gevolgd door het meer geslaagde The Academy In Peril waarop hij met het Britse Royal Philharmonic Orchestra moderne orkestmuziek speelde die refereerde aan Webern en Brahms. Maar de rock zegt Cale nog niet vaarwel. Vorig jaar componeerde hij met Lou Reed Songs For Drella. Het is een requiem voor Andy Warhol, die The Velvet Underground in 1965 opnam in zijn multimediashow The Exploding Plastic Inevitable, en de groep aan een platencontract hielp. Het was voor het eerst dat Cale en Reed samenwerkten sinds 1967. “We schreven veertien songs in tien dagen. Het gaat over wat we ons van Andy herinneren. Het is soms zeer emotioneel, vooral Lou’s bijdragen. Eind dit jaar gaan we er de studio mee in.”

Haagsche Courant, 1989