Cathalijn Wouters: Echo’s van Da Vinci (2008)

Ze noemt het wax-art, de houtskooltekeningen die Cathalijn Wouters van een laagje was voorziet. De afbeelding onder de was wordt diffuus, alsof geconserveerd door de tijd en de elementen.

Een gezicht of een gestalte, in even krachtige als tedere lijnen neergezet voor de eeuwigheid. Een herinnering aan een moment van bezieling of vertwijfeling. Bij dit betoverende mysterie houdt het niet op. Op subtiele wijze bewerkt Wouters de waslaag. Met symbolen en suggesties, met verwijzingen en contradicties die de onderliggende afbeelding verdiepen. Soms herinterpreteert Wouters de oorspronkelijke emotie door details onzichtbaar te maken. Ratio en gevoel wisselen elkaar af of vullen elkaar aan als in de waslaag een geometrische vorm of een stukje uit een grid is gekrast. Het accentueert zowel denkprocessen als een fascinatie voor de menselijke anatomie. Echo’s van Da Vinci’s schetsen of voorstudies van Francis Bacon.

De wax-art is de nieuwe ontwikkeling in het veelzijdige maar consistente werk van Cathalijn Wouters (Tilburg, 1955). De  overzichtstentoonstelling Beyond Reality in de Haagse galerie Project 2.0 is perfect gedoseerd met werk gemaakt met inkt, houtskool, olieverf en gemengde technieken. De mens staat centraal in het poëtische, melancholieke oeuvre van Wouters. Zij heeft aan een paar eenvoudige lijnen en sobere kleuren genoeg om gewichtige thema’s als verlossing, pijn en verwarring op een hoogst persoonlijke en toch universeel herkenbare wijze te duiden. Het werk is niet hoogdravend, het is eerlijk. In haar tekeningen en schilderijen lijkt de worsteling van de mens in zijn bestaan gespiegeld te worden aan de artistieke en persoonlijke zoektocht van Wouters zelf. Knap en moedig. Met haar wax-art heeft Wouters zichzelf opnieuw uitgevonden om haar visie te geven op de potentie van de mens, maar ook op het menselijk tekort.

Beyond Reality van Cathalijn Wouters is te zien t/m 5 oktober in Galerie Project 2.0, Noordeinde 57, Den Haag. www.cathalijnwouters.nl
 

AD Haagsche Courant, september 2008